Normaal

Op een dag moeten moeders normaal doen. Mijn dochters zijn vast niet de enigen die dat vinden.

We zitten op het terras van de camping. Als je een beetje je best zou doen, zou je ons vanaf de Mont Blanc kunnen zien zitten. We eten een beetje te vet en teveel. Er klinkt een oud Frans liedje. Zachtjes beweeg en hum ik mee met de muziek. Vanaf de overkant van de tafel wordt me in stereo toegesist: “Mam, doe normaal!”

“Shit zeg!” begin ik te lachen. Normaal. Dat is lang geleden. Hoe doe je in vredesnaam normaal? “Wat bedoelen jullie met normaal?” Ik mag (?!) niet dansen (bewegen?) als er iemand bij is. Ergens snap ik dat wel. Motorisch kloppen de bewegingen ook niet helemaal bij het ritme. Fonetisch Frans hummen kan ik ook maar beter laten. En dat ik er zo blij bij kijk, doet de zaak geen goed. Lang geleden schaamde ik me ook voor mijn moeders gedans. Jongste vult verder aan: “Je moet óók normaal praten!” Weer begin ik te lachen. “Dat probeer ik al jaren, maar beter dan dit wordt het écht niet, lieverd.”

Even is het stil. “Maar je hóeft toch niet steeds shit te zeggen?”