Wijsje van de FliereFluiter

In de Volkskrant van 14 maart 2019 staat een interessant stuk van Maarten Keulemans. Hij bericht over een onderzoek waaruit zou blijken dat onze voorvaderen de /f/, /v/ en /w/ klanken niet zouden kunnen uitspreken. Zo’n tienduizend jaar geleden sleten de boventanden af, door een ander eetpatroon en het feit dat men zijn gebit als gereedschap (werktuig, keukengerei) gebruikte. Schuif je onderkaak naar voren en probeer maar: Het wijsje van de flierefluiter was vrolijk en fris.

Dat moderne mensen de klanken wél kunnen uitspreken, komt doordat we een lichte overbeet hebben en onze voortanden iets naar voren staan. Daardoor kunnen we onze onderlip makkelijk tegen de boventanden doen en de subtiele lipklanken voortbrengen die dan ontstaan: f, v, w.

Zoals vaker zetten andere onderzoekers vraagtekens bij deze nieuwe inzichten. Mij klinkt het heel logisch in de oren. Tienduizend jaar geleden had iedereen een spraakgebrek! Nee, zonder gekheid… als vrijwel iedereen die klanken niet kan maken… dan is het geen gebrek. Dan is dát het ‘normaal’. Ijsje voor de liereluiter!