Twan Huys weet er inmiddels alles van. Epke, Daphne, Sven bij die wissel… Clarence bij die penalty. Legio ondernemers zijn hen voorgegaan. Gestruikeld. Mislukt. Gefaald.
Als het onbelangrijk is, is falen helemaal niet zo erg. Als je een ei op de grond laat vallen, maar je had eigenlijk toch meer zin in pindakaas… geen probleem… alleen een vieze vloer. Pas als de uitzending, turnonderdeel, de strafschop of het gesprek belangrijk voor je is, wordt falen moeilijk. Komen schaamte, frustratie en emotie om de hoek. Hoe belangrijker, hoe pijnlijker. Als falen moeilijk is, weet ik dus dat ik met belangrijke zaken bezig ben. Het doet ertoe.
Ik faal regelmatig. Als moeder, als echtgenote, als vriendin, als aardklootbewoner, als spreker, als vrijwilligerswerknemer. Op m’n snufferd. En dat is pijnlijk omdat het belangrijk is. Ik vergeet een afspraak, sta met mijn oordeel klaar, loop te drammen, laat me afleiden van -wat ertoe doet-. Ik haal diep adem, probeer moedig te zijn, mijn fouten recht aan te kijken, te fixen wat er te fixen is, mijzelf te vergeven en nooit aan mijn intenties te twijfelen. Er is geen alternatief. Goddank zijn de meeste ‘fouten’ niet fataal maar reparabel, bespreekbaar en leerzaam. Als ik bereid ben te repareren, te bespreken en te leren. Ik ben bereid. Zucht.
Net als Epke, Daphne, Sven, Clarence en Twan.